Anna Dlabacova ontvangt ERC Starting Grant voor onderzoek naar laatmiddeleeuwse gebedenboeken
Universitair docent Anna Dlabacova krijgt een Starting Grant van de European Research Council. Ze gaat de beurs van ongeveer 1,5 miljoen euro gebruiken om onderzoek te doen naar het Nederlandstalige getijden- en gebedenboek.
Getijden- en gebedenboeken werden in de middeleeuwen gebruikt bij het bidden. De werken in de volkstaal werden populair door de Moderne Devotie, een religieuze hervormingsbeweging die aan het eind van de veertiende eeuw opkwam en streefde naar een verinnerlijkt geloof. ‘De getijden en gebeden zijn heel interessante teksten, die met interessante technieken zorgen voor een heel persoonlijke geloofsbeleving’, stelt Dlabacova. ‘De lezer wordt bijvoorbeeld direct aangesproken en aangespoord om zich in te beelden dat diegene aanwezig is bij de geboorte van Christus.’
Rol in de tekstcultuur
‘Voor dit onderzoek gaan we naar de boeken kijken waarin een van de getijden staat die zijn vertaald door Geert Grote, de voorman van de Moderne Devotie. Zijn teksten waren enorme bestsellers.’ In de middeleeuwen wilde dat echter niet zeggen dat alle exemplaren van het getijdenboek identiek waren. Zeker aan het begin van de onderzochte periode (1380-1450) traden verschillen op, omdat alle boeken werden uitgegeven als handschrift waarin de getijdenteksten met allerlei andere gebeden en religieuze oefeningen werden gecombineerd. Dlabacova: ‘Doordat de teksten steeds opnieuw werden gekopieerd, ontstaat steeds een net iets ander boek, wat betreft tekst, maar ook wat betreft lay-out. Wij willen weten wat dit betekent voor de positie van het boek in de maatschappij. Hoe wordt het beïnvloed door religieuze bewegingen en maatschappelijke ontwikkelingen?’
Dit zijn de teksten waarmee mensen het meest in aanraking kwamen.
Het gebeden- en getijdenboek leent zich volgens haar goed voor een dergelijk onderzoek. ‘Dit zijn de teksten waarmee mensen het meest in aanraking kwamen. Dat maakt ze interessant om te begrijpen hoe de toenmalige tekstcultuur werkte. Hoeveel van de boeken waren bijvoorbeeld in het bezit van mannen en hoeveel in het bezit van vrouwen? Je zou denken dat dat ergens op te zoeken is, maar dat is niet zo.’
Ecosysteem van de tekst
Samen met twee nog te werven promovendi en een postdoc gaat ze een database opzetten, waarin alle gegevens van de boeken worden opgenomen en dus dwarsverbanden kunnen worden gelegd tussen verschillende aspecten. ‘We gaan kwantitatief beginnen en daarna kwalitatief verder. Een van de promovendi gaat bijvoorbeeld kijken hoe de verschillende gebeden clusteren. Welke gebeden worden vaak samen opgenomen in een boek en wat betekent dat dan? De postdoc richt zich dan juist weer op het gebruik van afbeeldingen, terwijl ik me zelf ga richten op de vroege drukken. We weten nu bijvoorbeeld niet of daarvoor een bestaand handschrift gebruikt is of dat drukkers zelf een nieuwe set teksten bij elkaar brachten.’ Het uiteindelijke doel is om het ‘ecosysteem van het gebedenboek’ in kaart te brengen, waarin alle actoren rond het boek een plek krijgen, van de teksten tot de producent en de lezer van het boek. ‘Zo kunnen we achterhalen wat de functie van het gebedenboek in de middeleeuwen was.’
Het zal lastig worden, maar het lijkt me fijn om eindelijk een overzicht van al deze werken te hebben.
Kans voor fundamenteel onderzoek
Dlabacova kijkt zelf het meest uit naar het begin van het onderzoek. ‘Ik denk dat ik daar zelf veel van ga leren. Het zal lastig worden, het is ook echt wel een ambitieus project, maar het lijkt me heel fijn om al die data bij elkaar te zoeken en eindelijk een overzicht te hebben van al deze werken. Het is heel prettig dat de European Research Council die vrijheid geeft voor fundamenteler wetenschappelijk onderzoek. Ik ben iedereen die mij heeft geholpen in het proces van de aanvraag dan ook dankbaar voor hun steun.’