Universiteit Leiden

nl en
Illustratie werkstress thuiswerken
Pirmin Rengers

Twee psychologen op date met de rector

Rector magnificus Carel Stolker neemt op 8 februari afscheid. Als er één thema als een rode draad door zijn carrière loopt, dan is het de verbinding tussen universiteit en maatschappij. In deze serie afscheidsgesprekken gaat Stolker nog eenmaal in gesprek met mensen van binnen en buiten de universiteit. In deze aflevering twee psychologen, Helen Pluut (onderzoeker bij de Faculteit der Rechtsgeleerdheid) en Teunis Rebel (GZ-psycholoog bij HSK Groep), over werkdruk en stress.

De een zit aan het begin van de keten, de ander aan het eind, zo constateren psychologen Helen Pluut en Teunis Rebel al snel in het gesprek met rector Carel Stolker. Pluut doet bij de afdeling Bedrijfswetenschappen onderzoek naar de processen in mensen hun dagelijks leven die invloed hebben op (werk)druk en welzijn. Rebel werkt als operationeel manager en GZ-psycholoog bij HSK Groep. ‘Onze focus ligt op de veelvoorkomende, werkgerelateerde psychische problematiek zoals burn-outs. Daarbij richten we de behandeling niet alleen op iemand weer aan het werk krijgen, maar ook hoe je dat duurzaam kunt doen, zodat je niet wéér uitvalt.’ Pluut: ‘En ik onderzoek eigenlijk welke dagelijkse processen of problemen ervoor zorgen dat mensen uiteindelijk bij Teunis terechtkomen.’

Portretten van TCarel Stolker (boven) in gesprek met Helen Pluut en Teunis Rebel in gesprek over werkdruk en stress.
Carel Stolker (boven) in gesprek met Helen Pluut en Teunis Rebel over werkdruk en stress. 'De vervaagde grenzen tussen werk en privé zorgen voor emotionele uitputting.'

Burn-out en werkdruk

Chronische stress, burn-outs of depressies door werk: het is een groeiend probleem onder de beroepsbevolking. ‘Wereldgezondheidsorganisatie WHO riep stress in 2019 uit tot dé gezondheidsepidemie van de 21e eeuw,’ zegt Pluut. De aandacht voor werkdruk en de negatieve gevolgen ervan, neemt inmiddels ook toe. Ook binnen de universitaire wereld, bijvoorbeeld door initiatieven als WOinActie. Pluut houdt zich ook naast haar onderzoek met het onderwerp bezig: als voorzitter van de Young Academy Leiden komt ze op voor de belangen van wetenschappers die aan het begin van hun carrière staan. Het is dus niet de eerste keer dat ze met rector Stolker in gesprek gaat over werkdruk.

Werk is nooit enige oorzaak

Rebel spreekt beiden wel voor het eerst, maar heeft vanuit zijn klinische werk natuurlijk veel kennis over het onderwerp. ‘Een burn-out of uitval op werk, komt nooit alleen door het werk. Het is altijd een opeenstapeling van factoren op je werk, in je gezin of familie, in je sociale leven, enzovoorts,’ legt hij uit. Bij een behandeling wordt daarom altijd de complete achtergrond van de cliënt in kaart gebracht, niet alleen de werksituatie. ‘Ik word dus heel enthousiast als ik hoor over Helen’s onderzoek naar de dagelijkse processen. In de kliniek kunnen wij zo’n algemeen beeld van de werkpraktijk en stressfactoren goed gebruiken. Juist voor dat soort inzichten hebben wij de academie nodig.’ 

Praktijk brengt je op nieuwe paden

Maar het is niet alleen de kennis uit de wetenschap die de praktijk verder helpt. ‘Het werkt ook andersom,’ zegt Stolker. Hij haalt een voorbeeld aan uit de tijd dat hij nog als universitair docent werkte. ‘Ik gaf een voordacht bij de belangenvereniging voor ouders van kinderen die in coma liggen, en daar vertelde een moeder mij dat haar verzekering geen smartengeld wilde uitkeren. Haar dochter lag immers in coma, dus het meisje merkte niets van haar leed.’ Een bizarre casus, aldus Stolker. ‘Maar het was heel wezenlijk voor mijn onderzoek op het gebied van medische aansprakelijkheid. Moet je smart zelf ervaren om recht te hebben op smartengeld? Ik heb vervolgens een aantal publicaties over dit onderwerp geschreven, die weer door de rechtspraak werden opgepikt. Het laat zien hoe de praktijk je als wetenschapper op nieuwe paden brengt.’

Uit onderzoek van Helen Pluut blijkt dat thuiswerken zorgt voor het vervagen van de grenzen tussen werk en privé, of eigenlijk tussen alle verschillende rollen of taken die mensen hebben.
Uit onderzoek van Helen Pluut blijkt dat thuiswerken zorgt voor het vervagen van de grenzen tussen werk en privé, of eigenlijk tussen alle verschillende rollen of taken die mensen hebben.

Vervaagde grenzen door thuiswerken

Als je spreekt over werkstress, kom je al snel op de huidige situatie uit, waarin de coronacrisis ons dwingt tot thuiswerken en voor velen de werksituatie flink is veranderd. ‘Carel, kun jij je nog herinneren dat ik jou deze zomer een vragenlijst over thuiswerken stuurde?’ vraagt Pluut. ‘Daarvan zijn net de resultaten gepubliceerd.’ ‘Wat goed, zo snel al,’ roept Stolker enthousiast. Het belangrijkste dat Pluut vond, is dat thuiswerken zorgt voor het vervagen van de grenzen tussen werk en privé, of eigenlijk tussen alle verschillende rollen of taken die mensen hebben. Die vervaagde grenzen, blurred boundaries in vaktermen, zorgen voor emotionele uitputting. ‘En we weten dat dat een symptoom is van burn-out,’ zegt Pluut. Wat haar nog meer opviel in de resultaten, is dat de blurred boundaries er ook voor zorgen dat mensen meer moeite hadden om een gezonde leefstijl vast te houden. ‘Terwijl die gezonde leefstijl hen juist kan wapenen tegen die emotionele uitputting.’

Liever een boek lezen dan praten

De bevindingen zullen voor veel thuiswerkers herkenbaar zijn. Toch vindt Rebel ze in bepaalde zin opvallend. ‘Thuiswerken werd vóór deze crisis gezien als stressverlagend, juist doordat je thuis en privé meer kunt combineren.’ Met dat idee werd het ook gepromoot vanuit de HR-wereld. Stolker haakt daarop in: ‘Ik zie als positieve kant wel dat je nu meer inzicht krijgt in wat voor werk je partner bijvoorbeeld doet.’ Lachend vervolgt hij: ‘Mijn vrouw zei laatst dat ze nu pas doorheeft dat ik als rector niet aldoor lezingen bijwoon, tentoonstellingen open en oraties voorzit, maar bijna de hele dag zit te vergaderen. Nu snapt ze waarom ik ’s avonds liever een boek wil lezen in plaats van nóg meer praten!’

Helen Pluut en Teunis Rebel afgebeeld zoals in First Dates, met de vraag of zij samen onderzoek willen gaan doen.
Helen Pluut en Teunis Rebel gaan zeker op een 'vervolgdate', om verder te praten over een gezamenlijk onderzoek.

Wat werkt voor wie

De crux zit hem er volgens Pluut in dat lang niet iedereen hetzelfde reageert op stress of werkdruk. ‘Ik meet natuurlijk gemiddelden in mijn onderzoek, maar er zijn ook mensen die juist heel erg goed varen bij deze situatie. Waar je achter wilt komen, is: wat werkt voor wie?’ Rebel vult aan: ‘Wij hebben het daarom meestal over werkdrukbeleving: de ene mens zal een situatie als zwaarder ervaren dan de ander. Wij weten inmiddels al aardig hoe we mensen effectief kunnen behandelen. Maar onderzoek als dat van Helen geeft ons aanknopingspunten voor welke preventieve interventies mogelijk zijn.’ Pluut veert op: ‘Dat zou echt interessant zijn, om samen onderzoek te doen naar preventie, bijvoorbeeld naar wat werkgevers kunnen doen.’

Meer aandacht van werkgevers

Die vraag stellen werkgevers zichzelf sinds het uitbreken van de coronacrisis wel veel meer, ziet Rebel. ‘Laat dat dan een positief gevolg zijn van COVID-19: dat werkgevers aandacht hebben voor wat zij kunnen doen om de mentale weerbaarheid van hun werknemers te versterken.’ Die ontwikkeling is ook zichtbaar binnen de universiteit, met initiatieven als Healthy University of de Student Wellbeing Weeks. Stolker: ‘We waren natuurlijk al voor corona aangesloten bij het Healthy Universities Netwerk, maar deze crisis heeft het belang van dergelijke ondersteuning voor onze studenten en medewerkers wel extra duidelijk gemaakt.’ 

Universiteit ondersteunt postdocs  

Een groep waarvoor dit helemaal geldt, is de postdocs. Zij bleken vaak extra hard geraakt door deze crisis, vanwege de fase in hun carrière en in hun leven waar zij nu zitten – vaak met (jonge) kinderen, en op tijdelijke contracten. In de loop van vorig jaar zijn er allerlei initiatieven ter ondersteuning opgezet, een proces dat waarschijnlijk door corona in een stroomversnelling is gekomen, volgens Stolker. ‘We nemen als werkgever echt op een intensievere manier onze verantwoordelijkheid om de carrières van deze jonge wetenschappers vooruit te helpen. En niet alleen voor hen, dit geldt natuurlijk voor al onze medewerkers en studenten.’ 

First date

Na een uur praten over hun gemeenschappelijke vak- en interessegebied, heeft Stolker nog een laatste vraag aan de twee psychologen. En daardoor gaat het gesprek ineens verdacht veel op een bekend televisieprogramma lijken. ‘Mijn slotvraag is, of jullie na dit gesprek samen nog iets gaan doen,’ aldus Stolker, waarop Rebel reageert met: ‘Zal ik eerst gaan?’ De gelijkenis met First Dates valt alle drie meteen op, en ze barsten in lachen uit. Gelukkig is de conclusie dat er zeker een vervolgdate in zit, en wie weet wel een gezamenlijk onderzoeksproject. Zo slaagt matchmaker Carel Stolker er zelfs in zijn laatste maand nog in om een nieuwe brug te slaan tussen wetenschap en maatschappij. 

Tekst: Marieke Epping
Beeld: Pirmin Rengers

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.