Waarnemend decaan Paul Wouters in acht vragen
Paul Wouters houdt niet van mensen met een dubbele agenda. Toch heeft hij er de komende tijd zelf twee. Naast zijn werk als decaan bij de faculteit Sociale Wetenschappen komt hij tijdelijk het bestuur van de faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen versterken. Wie is deze waarnemend decaan en wat kunnen we bij W&N van hem verwachten?
Waarom heb je deze tijdelijke functie aangenomen?
Het College van Bestuur wilde graag een decaan uit Leiden en iemand die affiniteit heeft met de bètawetenschappen. Zo kwamen ze bij mij uit.
Ik heb nog veel plezier in mijn werk en bied in deze situatie graag de helpende hand. En zolang de universiteit denkt dat ik toegevoegde waarde heb, doe ik het graag. Ik vind het leuk om met mensen van verschillende generaties te werken. Daar krijg ik energie van.
Wat is jouw affiniteit met de bètawetenschappen?
Als scholier had ik vooral interesse in de bètavakken, al had ik ook grote liefde voor geschiedenis en talen. Ik heb uiteindelijk gekozen voor een studie scheikunde.
Ik ging studeren in 1968, de tijd van de studentenopstanden. Dat zorgde ook bij mij voor grote maatschappelijke betrokkenheid. Ik was actief in de studentenbeweging en raakte zo geïnteresseerd in de rol van de wetenschap in de samenleving.
Toen de kans zich voordeed om daarop te promoveren, greep ik die met beide handen aan. Ik ben gepromoveerd in Science and Technology studies, om precies te zijn in scientometrie. Dat is de geschiedenis van de citation index. Daar hebben natuurlijk ook veel bèta-onderzoekers mee te maken.
Je bent ook decaan bij FSW. Kan dit er nog wel bij?
Omdat het een tijdelijke functie is, kan dat. Ik ga mijn werk bij FSW gewoon extreem efficiënt indelen. Ik heb de woensdag en het tweede deel van de maandagmiddag beschikbaar voor FWN. Daarnaast zal ik per dag een uurtje extra werken, ook in de weekenden. Dat is even niet anders.
En ik neem natuurlijk niet alle taken van een decaan op me. Ik kom de lopende zaken doen. Ik ga hulptroepen organiseren en nauw samenwerken met Dirkje, Bart en Joost, de andere leden uit het faculteitsbestuur. Maar ik hoef niet bij alle overleggen te zijn. En ook alles waar inhoudelijke kennis voor nodig is, gaat niet naar mij. Dat kan bijvoorbeeld een van de wetenschappelijk directeuren op zich nemen.
Wat vindt het thuisfront ervan?
Mijn man was niet heel erg enthousiast. Maar goed, we hebben natuurlijk geen kleine kinderen meer thuis. Dit kan er tijdelijk wel even bij. En ik zorg goed voor mezelf, ik kan goed ontspannen. Zo hou ik het vol.
Hoe ontspan jij?
Mijn man is professioneel kok, en al met pensioen. Elke dag dineren we twee uur met elkaar. Dan praten we over alles wat ons beroert en beweegt. Daarna ontspannen we door naar een leuke thriller of mooie film te kijken of door te lezen. Daarnaast wandel ik veel.
‘Als mensen met iets zitten, kunnen ze bij me terecht’
Waarvoor kunnen studenten en medewerkers bij je terecht?
Verwacht van mij geen grote beslissingen. Ik ben er voor de lopende zaken. Maar als mensen met iets zitten, kunnen ze bij me terecht. Ik wil dat studenten, docenten, onderzoekers en andere medewerkers gelukkig zijn in hun werk en studie. Dus als een docent ongelukkig is en er niet uitkomt met zijn leidinggevende, dan is de vervolgstap om het op een hoger niveau te bespreken. Daarop ben ik graag aanspreekbaar.
Natuurlijk zijn de instituten heel zelfstandig, maar we zijn ook een faculteit als geheel. Het faculteitsbestuur en de instituten besturen de faculteit samen, zo zie ik het. Die samenwerking is mijn dogma, zo vlieg ik het aan. En dat is wat we de komende maanden gaan doen.
Je leest veel. Welk boek moet iedereen gelezen hebben?
Ga gedichten lezen, ook als je daar nog niet zo van bent. Er is een heel leuke compilatie van Gerrit Komrij, waarin hij elk gedicht kort uitlegt. Een aanrader. Zelf ben ik nu trouwens bezig met Kwaadschiks, uit de serie De tandeloze tijd van A.F.Th. van der Heijden. En ik vind ook de boeken van Margaret Atwood heel mooi. Zij schrijft zwartgallige utopieën waarin ze op een mooie manier over gender-verhoudingen praat. O sorry, mocht ik er maar een noemen?
En wat vind je níet leuk?
Ik hou niet van mensen met dubbele agenda’s. Mensen die geen kritiek op de decaan durven hebben, vind ik ook heel erg. Daar wil ik altijd graag wat aan doen. Ik heb dus tijdelijk twee rollen, maar dat is een reden te meer om géén dubbele agenda te hebben!
Foto: Edwin Weers - Tekst: Christi Waanders