Universiteit Leiden

nl en
Eelke Dekker

Hoe een man die 400.000 stuks zwerfafval raapte op een wetenschappelijke paper belandde

Zwerfvuilactivist Dirk Groot fotografeerde en raapte meer dan 400.000 stuks zwerfafval in Nederland. Zijn data zijn nu meegenomen in een wetenschappelijke studie over stedelijk zwerfvuil, uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit Leiden en Andrea Ballatore van de Birkbeck University of London.

Door: Bryce Benda

Het begon allemaal in 2018, toen industrieel ecoloog Stefano Cucurachi van het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden een LUF-subsidie kreeg. Die beurs was bedoeld voor onderzoek naar de milieu-impact van het verbod op gratis plastic tasjes, maar al snel raakte Cucurachi geïntrigeerd door zwerfvuil. ‘Ik ontdekte dat er een zeer actieve gemeenschap is die zwerfvuil raapt en er data over verzamelt. Ik vroeg me af of ik die data voor wetenschappelijk onderzoek kon gebruiken,’ aldus de onderzoeker. 

Zo gebruik je de Litterati-app © Litterati

Upload foto’s in een app

Na wat zoekwerk stuitte Cucurachi op de app Litterati. ‘Het is een app waarin gebruikers foto’s van zwerfvuil kunnen uploaden. De app voegt dan automatisch de tijd en locatie toe. Gebruikers kunnen ook invoeren om welk type zwerfvuil het gaat, zoals een blikje frisdrank of een plastic verpakking.’

De app is populair in Nederland. Sterker nog, Nederlanders zijn de actiefste gebruikers van de app ter wereld. Dit heeft geresulteerd in miljoenen uploads, wat het een potentiële goudmijn maakte voor Cucurachi.

Stefano Cucurachi

Lastig om conclusies te trekken voor Nederland 

Cucurachi en zijn collega’s begonnen door de data te spitten. Maar na verschillende analyses concludeerde ze dat de Nederlandse data niet bruikbaar was. ‘Er waren teveel biases, een veelvoorkomend probleem in de burgerwetenschap,’ zegt hij. ‘Mensen die de app gebruiken zijn vrijwilligers, dus ze gaan naar plekken die ze leuk vinden en gebruiken dan de app. Denk aan stranden en stadsparken. Die bias maakt het lastig om conclusies te trekken voor heel Nederland.’ 

Enorm veel data uit Purmerend 

Daarom probeerde het team een meer lokale aanpak. Als snel ontdekten ze een wel heel vreemde uitschieter: Purmerend. ‘De stad had een bizarre hoeveelheid data, waarvan 98 procent van één gebruiker bleek te komen. In eerste instantie dachten we dat gegevens verzameld door één persoon ook te vertekend zouden zijn, en daarmee onbruikbaar.’

Maar de gebruiker bleek Dirk Groot te zijn, oftewel de Zwerfinator (zie tekstkader), een beroemde zwerfafvalraper. ‘Niet zomaar iemand, maar een expert gericht op het verzamelen van gegevens over zwerfafval. Hij is zeer georganiseerd, dus zijn gegevens waren zeer bruikbaar!’ 

Waar kunnen we zwerfvuil vinden?

Uiteindelijk besloten Cucurachi en collega’s om de stad als een casestudie te gebruiken. ‘We wilden achterhalen welk type zwerfvuil je op welke plekken in Purmerend kan vinden.’ 

Het team ontwikkelde een speciale onderzoekstool om data uit Google Maps te halen. Ze gebruikten ook gegevens van de gemeente, waardoor ze uiteindelijk 1400 locaties konden vaststellen, zoals bushaltes, sportscholen, restaurants, supermarkten en scholen. ‘We hebben zelfs Google Street View gebruikt om de stad echt te leren kennen. En we hebben Groot geïnterviewd, die ons echt heeft geholpen om de data te interpreteren.’ 

‘Met data kunnen we de industrie en overheid sturen, aanjagen en controleren’

Interessante resultaten

Met de data konden de onderzoekers ongekend gedetailleerd in kaart brengen waar zwerfafval vrijkomt. Cucurachi: ‘In Purmerend bestaat het meeste zwerfafval uit plastic, wikkels, energiedrankjes en sigarettenpeuken. Je vindt zwerfafval op plekken waar veel mensen samenkomen, zoals winkelcentra, kerken en sportclubs. Energiedrankjes vind je vaak in de buurt van nachtclubs, en plastic wikkels bij bioscopen en busstations. Restjes van fastfood lagen vaak op parkeerplaatsen, zelfs ver weg van de fastfoodrestaurants.

Supermarkten en scholen bleken ook een garantie voor zwerfvuil te zijn. ‘We vonden ook veel vuurwerk op parkeerplaatsen, maar gelukkig niet op benzinestations,’ lacht Cucurachi. 

Wat hebben we eraan? 

Het is een mooi voorbeeld van citizen science, maar hebben we er ook iets aan? ‘Allereerst verzamelen deze activisten zwerfafval met een gericht doel. Zo wisten Groot en de Plastic Soup Surfer met ruim 16.000 foto’s van plastic Anta Flu-wrappers dat bedrijf over te halen om te switchen naar papieren wikkels.’

In actie tegen plastic Anta Flu-wrappers

Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.

Bekijk de video op de oorspronkelijke website of

‘Daarnaast geeft ons onderzoek inzicht in welke soorten zwerfafval waar te vinden zijn,’ vervolgt Cucurachi. ‘Beleidsmakers kunnen die kennis gebruiken om gerichte schoonmaak- of preventiecampagnes op te zetten.’ Dat zo’n aanpak kan werken, bewees de Gemeente Purmerend zelf al: op basis van Groots data startte de gemeente een gerichte aanpak van zwerfaval, met als resultaat 40 procent minder zwerfvuil. 

Cucurachi vindt het ook belangrijk om de vrijwilligers die zwerfafval verzamelen te ondersteunen. ‘Er zit een maatschappelijke component aan. Hopelijk leidt hun en ons werk tot bio-vriendelijke materialen, meer schoonmaak op zwerfafval-hotspots, of minder consumptie en daarmee minder afval.’

De Zwerfinator

De Zwerfinator, zo noemt Dirk Groot zichzelf. Groot ruimt dagelijks zwerfafval op door heel Nederland. En dat niet alleen. Hij registreert het ook en wijst bedrijven en overheden met succes op de gevolgen voor het milieu.

‘We zullen het probleem van zwerfafval nooit helemaal kunnen oplossen. Maar met data kunnen we de industrie en overheid sturen, aanjagen en controleren.’

Foto: Eelke Dekker

Paper

Andrea Ballatore, Teun Johannes Verhagen, Zhije Li, Stefano Cucurachi (2021), This city is not a bin: Crowdmapping the distribution of urban litter, Journal of Industrial Ecology

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.