Universiteit Leiden

nl en

Geen juridische carrière, wel een foodtruck op Bonaire

Wie Rechtsgeleerdheid studeert, komt heus niet altijd in een maatpak op de Zuidas terecht. Kijk maar naar alumnus Harrie Schoffelen, die heel bewust een ander levenspad bewandelde. Hij runt nu samen met zijn verloofde een succesvolle foodtruck op het tropische eiland Bonaire. ‘Terug naar Nederland? Never.’

Rijd je rond het middaguur vanaf de Bonairiaanse hoofdstad Kralendijk naar het zuiden, dan kom je al snel langs Donkey Beach, een populair strandje onder de rook van het vliegveld. Terwijl de KLM en TUI verse ladingen toeristen invliegen, staat er onder het geraas van de vliegtuigmotoren een klein felgekleurd wagentje in de tropische zon: de foodtruck Cactus Blue.

Cactus Blue is een onderneming van alumnus Harrie Schoffelen en zijn vriendin Thamara. Terwijl zij in de keuken hamburgers flipt en garneert, staat hij de vele hongerige gasten te woord. Want er valt genoeg te vertellen. Bijvoorbeeld over de unieke lionfish burger, een hamburger gemaakt van koraalduivel. Met zijn oranje kleur en talloze stekels is de vis een plaatje om te zien, maar de exoot vreet wel het hele koraal leeg. ‘Eet je onze burger, dan doe je dus iets goeds voor het milieu’, zegt Schoffelen, die sowieso niet verlegen zit om een verkooppraatje. ‘Nergens anders op het eiland kun je de vis iedere dag krijgen, maar bij Cactus Blue wel.’

Dat laten de gasten zich geen twee keer zeggen. Veel klanten zijn vermoeid en hongerig van het duiken of snorkelen, en dan gaat zo’n visburger er wel in. Anderen bestellen de beefburger of zelfs de rijkgevulde hungry man’s burger. Enkele minuten later zitten ze zwijgend op kratjes onder de bomen te genieten van hun lunch, terwijl om hen heen de leguanen en hagedissen toesnellen om de restjes op te eten.

Harrie Schoffelen voor zijn foodtruck Cactus Blue.

Maar hoe komt een Leidse alumnus op het tropische Bonaire terecht? En waarom koos hij niet voor een juridische carrière? 

Daarvoor moeten we terug naar de Leidse jaren van Schoffelen. Zijn verhuizing naar de Sleutelstad was direct een groot succes. Afkomstig uit het Zuid-Limburgse Brunssum genoot hij van het stadse leven. Maar op studiegebied was het even zoeken. Hij stortte zich twee jaar vergeefs op Bestuurskunde (‘serieus droge materie’), en besloot in 1990 de overstap de maken naar Rechtsgeleerdheid.

Op het tandvlees geslaagd

In het Kamerlingh Onnes Gebouw voelde Schoffelen zich meer thuis, al kwam het ook hier niet vanzelf. ‘Het is me niet komen aanwaaien. De laatste jaren heb ik samen met een goede vriendin iedere dag, dus zeven dagen per week, in de bibliotheek van het Gorlaeusgebouw zitten blokken. Dat vonden we fijn, want op de bètafaculteit kenden we niemand en hadden we geen afleiding. Zo ben ik op mijn tandvlees geslaagd, ik heb er echt voor moeten knokken.’

Tot een halfjaar voor zijn afstuderen dacht Schoffelen dat hij in de wieg was gelegd voor een juridische carrière. Maar toen puntje bij paaltje kwam, wedde hij op een ander paard: zijn muziekcarrière. In zijn studentenjaren maakte Schoffelen namelijk furore met zijn feestband Harrie’s Herrie. Hij was in eigen woorden jarenlang ‘manager, zanger, frontman, clown en Duracellkonijn’ van de band, en blies in die tijd menige kroeg en studentensociëteit helemaal omver met zijn high power medleys

Schoffelen in 1992 tijdens een studentengala in Leiden

‘Vol gas raggen’

Direct na zijn afstuderen stapte hij naar de Kamer van Koophandel om een eigen bedrijf op te richten. ‘Ik leefde in mijn studententijd al van de muziek, en had bij mijn afstuderen nog een volle agenda. Dus toen ben ik er voor gegaan, want ik wist dat ik het moment moest grijpen.’ Wat volgde waren enkele jaren van ‘vol gas raggen’ op het podium, soms voor duizend uitzinnige mensen. ‘Als je het goed doet, ziet het er voor de buitenwereld heel nonchalant uit. Maar over ieder gitaarrifje, bruggetje en eindje was nagedacht.’

Hij heeft er zielsveel van genoten, vertelt hij als we op de veranda voor zijn huis zitten. De voortuin is afgebakend met een haag van cactussen, hond Kyra likt onderzoekend aan de benen van de interviewer. ‘Ik was niet de beste zanger, maar ik wist wel hoe je een feestje moet bouwen. En als die microfoon aangaat, dan gaat er ook bij mij een knop om. Vergelijk het met een advocaat die moet pleiten in de rechtszaal: daar komt alles samen wat je hebt geleerd. Dat is iets magisch. Daar leef ik voor.’

Ondernemerschap als bijvangst

Hoewel Schoffelen geen juridische carrière heeft nagestreefd, hebben zijn studie en vooral het studentenleven hem veel gebracht. De sociale vaardigheden die hij er opdeed maakten hem een goede verkoper, want of het nu een optreden of een hamburger is: Schoffelen brengt het met plezier aan de man. ‘In Leiden is mijn ondernemerszin ontstaan. In het begin kreeg ik als muzikant vaak betaald in gratis drank, maar op een gegeven moment heb je gewoon geen dorst meer. Toen ik doorhad dat mijn muziek echte waarde had, ben ik geld gaan vragen.’

Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.

Bekijk de video op de oorspronkelijke website of

Ook zijn lidmaatschap van Minerva bleek een schot in de roos. Hij noemt zichzelf ‘geen stereotype corpsbal’, maar treft er veel gelijkgestemden. Bovendien kwamen zijn verenigingsgenoten soms ergens hoog in de boom bij multinationals als Shell of Unilever terecht. En al die mensen wisten: als we een goed feestje willen geven, dan hebben we Harrie nodig. Regelmatig werd hij met zijn band ingevlogen voor een optreden in Maleisië, Oman, Gabon of waar dan ook ter wereld. 

Verknocht aan de Bonairiaanse vibe

Het drukke muzikale bestaan eiste langzaam wel zijn tol, en in 2011 ging Schoffelen op reis naar Bonaire om eens goed na te denken wat hij met zijn carrière aan wilde. Daar viel hij als een blok voor de charme van het eiland. ‘Die Bonairiaanse vibe is moeilijk uit te leggen. Het zit in de kleine dingen: hoe mensen elkaar begroeten, hoe automobilisten geen haast hebben maar elkaar netjes voorlaten. Die sfeer is ondanks de komst van alle toeristen nog absoluut onaangetast.’

Vertrouwend op zijn gitaar en zijn stem verhuisde de ras-entertainer niet veel later definitief naar het stoplichtloze eiland, in vogelvlucht precies 7766 kilometer van Leiden. Daar werd hij door restauranteigenaren enkele keren faliekant uitgelachen als hij Hollandse tarieven vroeg voor een optreden (‘voor kwaliteit werd toen nog niet betaald’), maar hij paste zich aan en teerde wat in. Met zijn laatste spaargeld kocht hij professionele geluidsapparatuur die hij verhuurde voor conferenties en congressen. Het bleek in een behoefte te voorzien, en een nieuw geluidsbedrijf was geboren.

Naast zijn foodtruck en muzikale optredens leeft Schoffelen ook van het verhuren van geluids- en lichtinstallaties

De laatste grote gok

Enkele jaren later nam de geboren ondernemer nog één grote gok: samen met zijn vriendin Thamara kocht hij de foodtruck Cactus Blue. Met ‘nul ervaring in de horeca’ was ook dit weer een uitdaging. Sinds de opening in 2016 draaien ze allebei vaak 11-urige werkdagen. Zo maakt Thamara iedere dag de koraalduivelfilets extra goed schoon, want ‘als Amerikaanse klanten een graatje vinden, komen ze niet meer terug’. En Schoffelen zelf treedt ’s avonds regelmatig op in een lokaal restaurant, tegenwoordig onder de artiestennaam The Artist Formerly Known As Harrie. Hij is inmiddels ‘wereldberoemd op het eiland’, zegt hij lachend. 

Maar klagen over de lange dagen doen ze niet. Want alles staat in het teken van één doel: financiële onafhankelijkheid bereiken. Zodra dat gelukt is, ligt voor het koppel de hele wereld weer open. De kans is reëel dat ze over enkele jaren weer verder reizen. Schoffelen: ‘Misschien gaan we wel naar Azië, of Alaska. Die regelmatige verandering tussen reizen en settelen vind ik mooi. Dat het leven weliswaar niet volledig vloeibaar is, maar zeker ook niet statisch.’

Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.

Bekijk de video op de oorspronkelijke website of

Nooit meer terug

Eén plek komt zeker niet in zijn toekomstplannen voor: Nederland. ‘Daar kan ik duidelijk over zijn. Dat gaat niet meer gebeuren, never. Daarvoor is er nog veel teveel te zien op de wereld.’ Dat wil overigens niet zeggen dat de alumnus de banden met zijn vaderland volledig heeft doorgesneden. ‘Ik kom nog jaarlijks in Leiden, de stad waar ik 21 jaar heb gewoond. Dan loop ik graag nog even langs mijn oude huis aan de Telderskade, of ik vaar met een bootje door de grachten. Maar ik zou er niet meer willen wonen.’

En zijn les voor huidige Rechtenstudenten of jonge alumni? ‘Het leven is nu, niet volgende week. Als je niet bewust kiest voor een bepaald leven, dan kies je óók. Dus vraag jezelf regelmatig af: zit ik nog wel aan het stuur?’

Tekst: Merijn van Nuland

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.