Universiteit Leiden

nl en

Dag Janneke, hallo Anke: nieuwe hoogleraar bij ACPA

Een wisseling van de wacht bij ACPA. Het instituut neemt afscheid van hoogleraar Janneke Wesseling en verwelkomt Anke Haarmann. Haarmann wordt niet alleen hoogleraar, maar neemt ook Wesselings takenpakket als programmadirecteur van PhDArts over. In dit gesprek blikken we met hen terug en vooruit.

Janneke, jij bent inmiddels met emeritaat. Op welk moment uit de afgelopen jaren ben je het meest trots?

‘Toen ik begon, bestond er geen PhD-traject voor de praktijk van de beeldende kunsten. Ik heb daarom met hulp van Frans de Ruiter (oprichter van ACPA, de Academy of Creative and Performing Arts aan de UL), PhDArts opgericht, waar kunstenaars kunnen promoveren. Dat was een heel avontuur, omdat we de context moesten scheppen waarin de promotietrajecten konden plaatsvinden. We moesten bijvoorbeeld vaststellen hoe kunstenaars kunnen voldoen aan academische criteria. Dat was heel interessant om te doen, maar soms ook een uitdaging, vooral omdat niet alle kunstenaars even vertrouwd waren met academische mores of criteria.

Inmiddels is dat veranderd. We hebben inmiddels veertien goede voorbeelden van voltooide promotietrajecten bij PhDArts, waarmee we een norm kunnen stellen. De mogelijkheid om te promoveren in de praktijk van de beeldende kunst geeft een belangrijke boodschap af aan het kunst- en cultuurveld en aan beleidsmakers. De kunsten horen niet uitsluitend thuis in kunstinstellingen zoals musea en galeries. Kunstenaars kunnen en moeten ook deelnemen aan bredere, wetenschappelijke en academische debatten over maatschappelijke en politieke kwesties.’

Anke, jij neemt zowel het hoogleraarschap als het directeurschap over van Janneke. Wat zijn jouw plannen voor de komende tijd?

‘Ik ben het helemaal eens met wat Janneke net zei: een van de belangrijkste aspecten van de institutionalisering van artistiek onderzoek is dat dit onderzoek een positie krijgt binnen de academische en de kunstenaarswereld. Abstracte dingen zoals kennis moeten op de een of andere manier gematerialiseerd worden om echt te worden. Ik denk dat het PhDArts-programma nog zichtbaarder mag worden in het kunstenveld en in de maatschappij. Dat is een punt waar ik me op zou willen richten en dat ook aansluit bij mijn onderzoek.

Mijn onderzoek speelt zich af op twee verschillende niveaus: een meer filosofisch of epistemologisch onderzoek, waarbij artistiek onderzoek een positie krijgt in het veld van de wetenschap en de geesteswetenschappen. Het andere aspect is meer praktisch. Het is heel belangrijk om onderzoek te doen naar en vormen te ontwikkelen voor het publiceren van artistiek onderzoek, aangezien we geen traditie hebben op dat gebied. Natuurlijk moeten we gebruikmaken van bestaande platforms, maar we moeten ook onze eigen manier van publiceren ontwikkelen.’

Waar kijken jullie het meest naar uit de komende tijd?

Anke: ‘Ik kijk erg uit naar het werken met de promovendi. Natuurlijk is het belangrijk om beleid te maken en zie ik uit naar de samenwerking met de KABK, maar het werken met promovendi is de kern van artistiek onderzoek. Het geeft je de kans om bezig te zijn met verschillende onderwerpen, maar ook met verschillende artistieke methoden. Bovendien denk ik dat het onderzoek van promovendi en hun resultaten, het karakter of de identiteit van ACPA en het PhDArts vormen. Dat maakt het niet alleen leuk, maar ook belangrijk.’

Janneke: ‘Eigenlijk is er nog niet zo veel veranderd na mijn pensionering. Ik heb nog steeds zeven promovendi en ik geef leiding aan een door NWO gefinancierd project dat tot juli loopt. Ik ben bezig met de afronding van een boek dat in juni zal worden gelanceerd en ik zal mijn commissie- en advieswerk voortzetten. Ik kijk wel uit naar een iets minder ‘dichtgetimmerde’ agenda en ik ben blij dat ik iets meer tijd kan besteden aan mijn boerderij en de bijbehorende grote tuin in het oosten van het land.’

 

 

*image: 

Solo exhibition The Selfie-Junkie, The Fool, The Animal, The Glossary, The Angry, The Collector of Proverbs, and so on by Eleni Kamma at the Royal Academy of Fine Arts, Brussels, March 2018. Photo: Michael De Lausnay

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.