Universiteit Leiden

nl en

De postkoloniale podcast: Alfred Birney en de Indische letteren

In 'De postkoloniale podcast' gaan Rick Honings, Scaliger-hoogleraar, en Coen van ’t Veer, docent-onderzoeker, van de Universiteit Leiden in gesprek met prominente onderzoekers en schrijvers over hun werk in relatie tot het koloniale verleden. Centraal staat de vraag in hoeverre het onderzoek naar (post)koloniale literatuur kan bijdragen aan de verwerking van het koloniale verleden. In deze aflevering spreken zij met schrijver, essayist, columnist en bloemlezer Alfred Birney over de Indische letteren.

Louis Couperus (tweede van rechts) met zijn vrouw Elisabeth Couperus-Baud (uiterst rechts) en haar familie in Batavia, 1899. (KITLV 4520)

De laatste jaren staat het koloniale verleden van Nederland volop in de belangstelling. In 2020 was het vijfenzeventig jaar geleden dat Indonesië onafhankelijk werd; twee jaar later bood premier Rutte ‘diepe excuses’ aan voor het structureel geweld dat in de dekolonisatieoorlog was gebruikt. We leven kortom, in postkoloniale tijden. Maar wat houdt dat eigenlijk in, wat komt er precies kijken bij een postkoloniaal perspectief en hoe moeten we anno 2022 koloniale literatuur lezen?

De Indische letteren

In 1972 verscheen er een boek dat een heel nieuw deel van de Nederlandse literatuur in de schijnwerpers zette: de Oost-Indische spiegel van Rob Nieuwenhuys. Dat werk biedt, volgens de ondertitel, een overzicht van Wat Nederlandse schrijvers en dichters over Indonesië hebben geschreven vanaf de eerste jaren der Compagnie tot op heden. Van Multatuli tot Couperus en van Maria Dermout tot Hella Haasse, ze komen er allemaal in voor. Nieuwenhuys’ boek is uitgegroeid tot een standaardwerk, al is het inmiddels gedateerd, omdat Nieuwenhuys zich erg liet leiden door zijn eigen voorkeuren en literaire smaak. Over de vrouwelijke auteurs die hij in het ‘Damescompartiment’ onderbracht, oordeelde hij bijvoorbeeld negatief. In 1985 werd in Leiden de Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde opgericht, die vier keer per jaar het tijdschrift Indische Letteren uitgeeft. In 2021 verscheen De postkoloniale spiegel, waarin de literatuurgeschiedenis vanuit postkoloniaal perspectief herlezen wordt Hoe moeten we de Indische literatuur lezen en her-lezen? Moeten we boeken vol racisme nog wel bestuderen en aan studenten voorschrijven? En hoe schrijven auteurs nu over het koloniale verleden?

 

Coen van ‘t Veer, Rick Honings en Alfred Birney

Alfred Birney

Alfred Birney is vooral bekend vanwege zijn bekroonde boek De tolk van Java (2016). In 1998 verscheen Oost-Indische inkt. 400 jaar Indië in de Nederlandse letteren, en in 2012 publiceerde hij het essay De dubieuzen, waarin hij vergeten schrijvers uit het koloniale verleden in Indië onderzoekt om een tegenperspectief te bieden tegenover Multatuli, Couperus en andere prominenten.

NWO Vidi-project

De postkoloniale podcast is een initiatief van Rick Honings en Coen van ’t Veer. Beiden zijn redacteur van de in 2021 verschenen literatuurgeschiedenis De postkoloniale spiegel. De Nederlands-Indische letteren herlezen en van het wetenschappelijke tijdschrift Indische Letteren. De podcast komt voort uit het door Rick Honings geleide NWO Vidi-project Voicing the Colony. Travelers in the Dutch East Indies, 1800-1945.

Afleveringen

De afleveringen worden gepubliceerd op De postkoloniale podcast, het kanaal van Universitaire Bibliotheken Leiden. Er verschijnen dit seizoen zes afleveringen en elke maand verschijnt een nieuwe aflevering. De afleveringen kunnen nu worden beluisterd via de volgende kanalen:

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.