
Cvb update: gevolgen kabinetsbezuinigingen, ingrijpende maatregelen nodig
Het kabinet-Schoof heeft de rijksbegroting gepresenteerd. Zoals verwacht krijgt het hoger onderwijs te maken met zeer forse bezuinigingen. Het college van bestuur gaat de komende tijd regelmatig in op de gevolgen van dit in hun ogen onverantwoorde beleid.
Zoals jullie weten heeft het kabinet de universiteiten forse bezuinigingen opgelegd, waarmee op 8 april ook de Eerste Kamer heeft ingestemd. Dit betekent dat we, naast de maatregelen voor het verminderen van de instroom internationale studenten, (oplopend) ongeveer 30 miljoen euro extra moeten besparen de komende vijf jaar.
Wij bereiden als universiteit juridische stappen voor tegen de Rijksoverheid voor het eenzijdig openbreken van de bestuursafspraken. Helaas treden de bezuinigingsmaatregelen van het kabinet al per direct in, waardoor nu maatregelen nodig zijn om financieel gezond te blijven.
In dit bericht lezen jullie meer over de nieuwe bezuinigingen op onze universiteit en over het proces de komende tijd. We realiseren ons heel goed dat dit een lastige boodschap met grote impact is voor onze medewerkers en studenten, maar gezien de ontwikkelingen kunnen we niet anders.
Hierbij willen we de kwaliteit van ons onderwijs en onderzoek zo veel mogelijk beschermen. Ook zetten we ons ervoor in dat we de gevolgen van bezuinigingen voor onze medewerkers en studenten zo goed mogelijk opvangen. We stemmen de voorgenomen besluiten in de beide trajecten (zie hieronder) zorgvuldig met de medezeggenschap af.
Twee componenten
De nieuwe bezuinigingen die nodig zijn bestaan uit grofweg twee componenten: het proces van ‘zelfregie’, samen met de Universiteiten van Nederland (UNL) die voor ons in Leiden het stoppen met de Engelstalige track van de opleiding Psychologie betekent. We begrijpen dat dit een ingrijpend voorgenomen besluit is dat veel vragen oproept.
Daarnaast heeft het CvB een voorgenomen besluit genomen op basis van het advies van de universitaire ‘Werkgroep Andere Tijden’ dat financiële gevolgen heeft voor met name drie universitaire onderdelen. Hieronder lichten we de beide trajecten verder toe.
Internationale track psychologie
Om de schadelijke gevolgen van de (concept-)Wet Internationalisering in Balans (WIB) en de Taaltoets Anderstalig Onderwijs (TAO) zoveel mogelijk te beperken, hebben de universiteiten gekozen voor een proces van ‘zelfregie’.
Dit betekent dat universiteiten zelf maatregelen nemen om de internationalisering en verengelsing van het bachelor-onderwijs in balans te brengen om tegemoet te komen aan de wensen van de politiek en de samenleving. Dit onder voorwaarde dat de politiek de verplichte TAO voor de bestaande opleidingen uit de wet schrapt. Deze taaltoets zou tot onzekere uitkomsten leiden en mogelijk voor nog veel meer opleidingen grotere bezuinigingen betekenen.
De universiteiten hebben in het kader van deze zelfregie gezamenlijk besloten dat onder andere alle psychologieopleidingen in de Randstad volledig Nederlandstalig worden. Dit betekent dat – na instemming van de medezeggenschap en op zijn vroegst vanaf 1 september 2027 – de Engelstalige track van psychologie in Leiden afgebouwd gaat worden. Studenten die eerder ingestroomd zijn, kunnen uiteraard hun opleiding afmaken. We vinden het belangrijk om tegelijkertijd een krachtige impuls te geven ter ondersteuning en versterking van het instituut en de opleiding Psychologie.
Grote impact
We zijn ons zeer bewust van de grote impact die het opheffen van de Engelstalige track psychologie heeft op het instituut, op de Faculteit der Sociale Wetenschappen en op de universiteit als geheel. Het CvB neemt dit (voorgenomen) besluit in volle verantwoordelijkheid als onderdeel van de landelijke afspraken rondom de WIB, met als doel de schadelijke TAO voor alle bestaande bacheloropleidingen van tafel te krijgen.
We realiseren ons dat dit besluit pijn doet en vragen oproept. Het College van Bestuur erkent de grote waarde van het Instituut Psychologie en hecht eraan te benadrukken dat juist in een tijd van complexe en urgente maatschappelijke uitdagingen de rol van sociaal-wetenschappelijk onderzoek en onderwijs onmisbaar is. Het instituut en de opleiding staan bovendien nationaal en internationaal zeer goed aangeschreven en deze trekken veel talent.
Geleidelijke afbouw
Omdat het zal gaan om een geleidelijke afbouw van de opleiding vanaf (op zijn vroegst) studiejaar 2027, verandert er voor bestaande studenten en medewerkers op dit moment nog niets. De invoeringstermijn van de landelijke maatregelen geeft volgens het CvB ruimte om gericht te bouwen aan een toekomstbestendige koers voor Psychologie. Het college wil zich hiervoor actief inzetten en hierbij samen optrekken met de faculteit en het instituut.
Voorgenomen besluit CvB over advies ‘Andere Tijden’
De ‘Werkgroep Andere Tijden 2026’ heeft concrete en haalbare bezuinigingsvoorstellen opgesteld voor de begroting van 2026, oplopend in de begrotingsjaren daarna (2026-2030).
Hierbij hanteerde de werkgroep de volgende uitgangspunten:
- Het waarborgen van de kwaliteit en continuïteit van onderwijs en onderzoek blijft onze hoogste prioriteit;
- Kerntaken worden zoveel mogelijk ontzien: de primaire taken van faculteiten worden zo min mogelijk geraakt;
- De effecten voor medewerkers en studenten moeten zo goed mogelijk worden opgevangen.
De universitaire Werkgroep Andere Tijden heeft op verzoek van het CvB diverse toekenningen in de Kadernota, boven op de reguliere verdeling van de middelen voor onderwijs en onderzoek aan organisatieonderdelen, tegen het licht gehouden. Dit betreft eerdere, intern toegekende budgetten waar geen separate Rijksbekostiging (meer) tegenover staat, zoals bijvoorbeeld extra-curriculair onderwijs.
Het college van bestuur is op basis van het advies van de werkgroep tot het volgende besluit gekomen:
- De specifieke toewijzing voor het International Institute for Asian Studies (IIAS) met 50 procent af te bouwen in vier jaar;
- De specifieke toekenningen aan de Academie der Kunsten (ACPA) worden afgebouwd. De huidige gemeenschappelijke regeling tussen de Universiteit Leiden en de Hogeschool der Kunsten Den Haag zal niet worden verlengd. Hierbij gaan we in overleg met de hogeschool over nieuwe afspraken voor vormgeving en financiering van de promotietrajecten. De huidige studenten kunnen hun opleiding afmaken.
- De totale omvang van de Honours Academy met 50 procent af te bouwen in vier jaar, met ingang van studiejaar 2026-2027. Dit betekent onder meer dat de organisatie van het Honours onderwijs opnieuw wordt bezien en het aanbod wordt aangepast.
- De specifieke toewijzingen voor het Dual PhD Centre met 5% te korten, dat geldt ook voor: het Nederlands Instituut voor het Nabije Oosten (NINO); The Netherlands Institute in Turkey (NIT); het aansluitingsprogramma VWO-WO; de kosten voor para-universitaire instituten (inclusief ISSC ten behoeve van het Instituut voor de Nederlandse Taal (INT); het Wetenschapsknooppunt en de overdracht ‘niet-Westers recht’ van het Van Vollenhoven Instituut. Dit is in lijn met overige bezuinigingen die in de Kadernota 2026-2030 worden doorgevoerd.
Tijdlijn en proces
De instituten die rechtstreeks door bovengenoemde maatregelen geraakt worden, zijn door het CvB geïnformeerd. De komende periode blijven we in gesprek met de betrokken besturen en medewerkers en werken we de plannen verder uit. Dit doen we in nauwe samenspraak met de opleiding en onderdelen die geraakt worden.
We bieden hulp en ondersteuning bij het in goede banen leiden van de stappen die gezet moeten worden om tot afbouw van activiteiten en de benodigde besparingen te komen. En we helpen tegelijkertijd bij het bouwen aan een toekomstbestendige koers van de onderdelen die overblijven.
Daarnaast blijven we in UNL-verband in nauw contact met de minister van OCW over de gevolgen van het aanbod van zelfregie van de universiteiten.
Op basis van het advies van de Werkgroep Andere Tijden heeft het CvB een aantal voorgenomen besluiten genomen over bezuinigingen die ter advisering worden voorgelegd aan de Universiteitsraad. Daarbij besluit het CvB het (integrale) advies van de Werkgroep Andere Tijden samen met deze voorgenomen besluiten te publiceren.
Eerdere bezuinigingen
Het college van bestuur heeft eerdere besparingen doorgevoerd, zodat al stappen gezet zijn op weg naar een zo gezond mogelijke financiële huishouding in de komende jaren, tot het verschijnen van de Kadernota 2026 -2030.
Het CvB heeft eerder besloten de centrale diensten en universitaire expertisecentra een taakstelling van 5 procent op te leggen. In 2026 betekent dit een bezuiniging van 1,5 miljoen, oplopend naar 6 miljoen in 2029.
Het college heeft daarnaast bezuinigingen doorgevoerd via het zogenoemde ‘laaghangend fruit’. Dit zijn besparingen waarmee een bedrag van ongeveer 2 miljoen euro gemoeid is. Voorbeelden hiervan zijn de beperking van het inhuren van externe krachten, van het huren van externe locaties en buitenlandse reizen. Ook het op elkaar afstemmen van de openingstijden voor Leidse en Haagse panden, en het bundelen van avond- en weekendopenstelling leveren besparingen op.
Zie ook de eerdere updates van het CvB, zoals onder meer van 14 januari en 28 januari.