Even bellen over: de ventilatie van onze onderwijsruimtes
Onze docenten zijn eerder dan de andere collega’s weer terug op locatie. Weg achter de computerschermen en live in contact met studenten. Veel collega’s zijn opgelucht, maar er zijn ook docenten die bezorgd zijn. Zijn er voldoende maatregelen getroffen op de onderwijslocaties? Hoe is de ventilatie geregeld? We bellen met Michel Leenders, directeur Expertisecentrum Vastgoed en eindverantwoordelijke voor de ventilatiesystemen, en met Rogier de Bruin, adjunct-directeur van het Universitair Facilitair Bedrijf.
Michel, we werken bij Universiteit Leiden in een aantal nieuwe, maar vooral ook veel historische panden. Wat betekent dit voor de ventilatie tijdens het onderwijs?
‘Voor alle gebouwen, nieuw of ouder, geldt dat de mechanische ventilatie goed is ingeregeld voor de onderwijszalen. Overal wordt voldoende lucht ingeblazen, daar kun je van op aan. In veel gebouwen doen we dit door middel van een CO2 meting. In andere gebouwen werkt de luchtverversing op basis van een vast inblaasdebiet. Bovendien zetten we in alle grote zalen elke ochtend een uur lang de verversing nog eens extra aan zodat er genoeg frisse lucht is. Als de luchtverversing van een luchtbehandelingssysteem niet werkt, dan ontvangen wij een storingsmelding. Ik weet dat veel collega’s het desondanks fijn vinden om de ramen open te zetten. Dit is echt niet noodzakelijk, maar als het in de onderwijszaal kan en goed voelt, zeker doen. Het openen van ramen heeft trouwens geen negatieve invloed op de mechanische ventilatie, die blijft gewoon zijn werk doen.’
De ventilatie is dus op orde, neemt dat de kans op besmettingen weg?
Rogier: ‘Het is goed om je te realiseren dat ventileren de kans op besmetting verkleint, maar niet volledig wegneemt. Het terugdringen van het virus staat met vaccineren en testen. En het is belangrijk dat we de afspraken en adviezen naleven en het samen veilig houden. Wij monitoren bijvoorbeeld actief op het maximale aantal van 75 studenten in de grote onderwijszalen. En wij plaatsen nooit extra stoelen in kleinere zalen. Maar spreek vooral ook elkaar aan op het naleven van de afspraken. Doe regelmatig een gratis zelftest, blijf thuis bij klachten en draag een mondkapje als je je door het gebouw beweegt. Volg hierbij zoveel mogelijk de aangegeven routes en vermijd ophopingen. Vraag studenten om na afloop van het college het pand weer te verlaten om anderen de ruimte te geven om op een veilige manier naar hun werkgroep of college te gaan.’
Als iemand zich zorgen maakt over de werkomgeving, met wie kunnen zij dit dan bespreken?
Rogier: ‘Praat erover met elkaar, ook als andere collega’s of studenten zich zorgen maken. En je kunt ook altijd terecht bij je leidinggevende. Als je je zorgen maakt over een specifieke ruimte, kun je dit melden bij de servicedesk van je locatie. Zij kunnen dan de situatie beoordelen en je adviseren.’
Hebben jullie nog andere tips voor collega’s?
Rogier: ‘Bestel vooral de zelftesten. We hebben deze voor de zekerheid ook bij alle recepties liggen, net als een voorraad mondkapjes. Maar zorg vooral zelf dat je de spullen in huis hebt, zodat je goed voorbereid naar de universiteit komt.’ Michel: ‘Als jij en je collega’s veel vragen hebben over jullie locatie en je het prettig vindt om deze toch rechtstreeks met mij te bespreken in plaats van met de servicedesk: laat het weten, dan plannen we een afspraak in. Ik vind het belangrijk om de vragen die leven te horen en te beantwoorden!’