Drie vragen over de Commissie Ethiek
Werden ethische onderzoeksregels voorheen vooral geassocieerd met bètawetenschappen, tegenwoordig spelen ze ook in de geesteswetenschappen een steeds belangrijkere rol. Wat zijn de gevolgen hiervan voor geesteswetenschappers? En wanneer heb je de Commissie Ethiek nodig? Een gesprek met Dorota Mokrosinska en Herman Paul, respectievelijk voorzitter en lid van de commissie.
Wat doet de Commissie Ethiek?
Dorota: ‘Tegenwoordig wordt van alle onderzoekers verwacht dat zij ethische normen toepassen op hun onderzoek. Wij als commissie bewaken deze normen, bijvoorbeeld op het gebied van privacy, de belasting van proefpersonen of het gebruik van persoonsgegevens. We stellen richtlijnen op voor ethisch verantwoord onderzoek en beoordelen onderzoeksvoorstellen. Dat doen we niet vrijblijvend. Als je ethisch gevoelig onderzoek doet, ben je verplicht ons in te lichten. Ons advies is ook bindend: zolang het niet positief is, mag je niet starten met het onderzoek.’
Herman: ‘Toch zijn we geen ethische politie die mensen op de vingers wil tikken als dingen fout gaan. Elke wetenschapper heeft het in de botten om goed en eerlijk onderzoek te willen doen. We houden ons dan ook niet bezig met de vraag hoe je een onderzoek methodologisch het best kunt doen: dat ligt heel goed en veilig bij de onderzoekers en onderzoeksgroepen zelf. We zien echter dat we in een wereld leven met steeds meer aanvullende eisen aan onderzoek, zoals de AVG en de verwachtingen op het gebied van open science. Soms zijn dit generieke regels die hun oorsprong hebben in de biomedische wereld en wringen met de geesteswetenschappelijke vormen van onderzoek. Wij bieden dan een uitgestoken hand aan medewerkers om zich bewust te worden van dit veranderende krachtenveld en de nieuwe regelgeving.’
Wanneer is het voor een onderzoeker noodzakelijk om de commissie in te schakelen?
Herman: ‘Als je je zoals ik bezighoudt met gedrukte bronnen uit de negentiende eeuw, is er geen enkele aanleiding om je onderzoeksplannen voor te leggen. Bij levende informanten of proefpersonen zijn issues van privacy en databescherming een stuk relevanter. In die gevallen word je wel geacht om een plan in te dienen. Wanneer je twijfelt of je onderzoek ethische goedkeuring vereist, kun je de flowchart gebruiken of informeel contact opnemen met de secretaris van de commissie.’
Dorota: ‘Onderzoekers bepalen op grond van de flowchart zelf of het onderzoek moet worden beoordeeld door de commissie. Als dat nodig is, moeten ze een aanvraagformulier invullen. Datamanagement officers en privacy officers stellen vervolgens vast of het onderzoek voldoet aan de AVG-normen. Wij controleren daarna aanvraag, inclusief het informed consent form en het informatieformulier. Als je werkt met proefpersonen of interviews doet, is het immers belangrijk dat je toestemming van de deelnemers hebt en dat zij op de hoogte zijn van de methodes en het doel van het onderzoek.’
Welke andere taken heeft de Commissie Ethiek, naast de beoordeling van onderzoeksplannen?
Herman: ‘Als commissie proberen we een cultuur van integriteit te bevorderen. In dat kader denken we na over middelen die we daarvoor kunnen inzetten. Zo plaatsen we binnenkort handvatten voor docenten die een vak over ethiek geven op de website. In bijna alle onderwijs- en PhD-programma’s wordt wel iets gedaan aan wetenschappelijke integriteit, maar het kan voor docenten best lastig zijn om bruikbaar materiaal te vinden: er is zoveel beschikbaar op internet. Daarom hebben wij beschikbare hulpmiddelen op een rijtje gezet. In Rotterdam is bijvoorbeeld een dilemmaspel ontwikkeld dat heel geschikt is om casussen met promovendi te bespreken.’
Dorota: ‘Soms mag iets volgens de AVG of valt het buiten de huidige wetgeving, maar zijn er toch ethische vragen. Er was bijvoorbeeld de discussie over twee afgeplakte bladzijdes in het dagboek van Anne Frank. Wordt haar privacy geschonden als je die openmaakt? En stel dat je onderzoek doet naar een overleden persoon en de nabestaanden kunnen nog hinder ondervinden van het onthullen van bepaalde gevoeligheden, dan leidt dat tot ethische vragen. Je moet dan zeker de toestemming van de nabestaanden vragen.’
Herman: ‘Vaak bespreken onderzoekers dit soort vragen onderling, maar het zou goed zijn om ze in een meer formeel verband te behandelen met ook de Commissie Ethiek erbij. Onze commissie kan dan nog beter fungeren als bufferzone tussen heel specifieke praktijken enerzijds en heel generieke regelgeving van de overheid en uit biomedische hoek anderzijds. Ik wil onderzoekers dan ook graag uitnodigen om dit soort vraagstukken op het bord van de Commissie Ethiek te leggen, zodat we ze kunnen doorgeven aan de beleidsmakers.’
De Commissie Ethiek houdt zich bezig met de faculteiten Geesteswetenschappen en Archeologie. De commissie vergadert maandelijks. Informatie over deadlines is hier te vinden.