Gebrek aan goede jeugdhulp bemoeilijkt terugkeer uithuisgeplaatste kinderen
Het ontbreken van goede, intensieve jeugdhulp zorgt ervoor dat de terugkeer van uithuisgeplaatste kinderen wordt bemoeilijkt. Vooral de jongste kinderen lopen risico op een onnodige definitieve breuk met hun biologische ouders.
Na een uithuisplaatsing is het de bedoeling dat kinderen zo snel mogelijk terugkeren naar hun ouders, maar het gebrek aan hulp staat dat in de weg. Dat patroon, dat wordt erkend door jeugdzorg, heeft soms schadelijke en onomkeerbare consequenties.
De situatie is schrijnend, zegt hoogleraar jeugdrecht Mariëlle Bruning in het AD. 'Bij een uithuisplaatsing zijn de zorgen zo groot dat er heel vaak geen twijfel over is dat het moet. Maar de vraag hoe je zorgt dat kinderen zo snel mogelijk thuiskomen is een belangrijke. Je moet het gezin versterken, zorgen voor passende hulp, dat is er meestal allemaal niet. Zeker bij jonge kinderen is er een omslagpunt waarbij ze het beste binnen hun nieuwe, stabiele gezin kunnen blijven. Biologische ouders hebben dan geen eerlijke kans gehad, simpelweg omdat de juiste hulp ontbreekt.'
Ook Het Parool en consumentenprogramma Radar besteedden hier aandacht aan naar aanleiding van de publicatie in het AD.