Universiteit Leiden

nl en

Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (WNRA)

De WNRA is een wet die regelt dat ambtenaren vanaf 1 januari 2020 dezelfde rechtspositie gaan krijgen als werknemers in het bedrijfsleven. De wet geldt voor medewerkers in dienst van een overheidswerkgever, zoals ambtenaren van de Rijksoverheid, gemeenten en waterschappen, en ook voor medewerkers van de universiteiten.

Voor medewerkers van de universiteit verandert er weinig. Het belangrijkste is: je arbeidsvoorwaarden blijven hetzelfde. Alle afspraken, beslissingen en toezeggingen over je huidige aanstelling gaan ongewijzigd over in de nieuwe arbeidsovereenkomst.

Er verandert dus niets aan:

  • je salaris 
  • tijdelijk of vast dienstverband
  • werktijden
  • werkrooster
  • werkinhoud 
  • aantallen vakantiedagen 
  • vakantie- en eindejaarsuitkering 
  • studie-afspraken
  • sociale zekerheidsregelingen (WW/BWNU en ZANU)
  • je deelname aan het pensioenfonds ABP
  • de benoeming van hoogleraren

Bekijk de meestgestelde vragen over de WNRA >>

Cao en secundaire arbeidsvoorwaarden behouden

We houden de cao Nederlandse universiteiten (NU). Het overleg over de cao NU tussen de werkgeversorganisatie Universiteiten van Nederland met vakbonden blijft ook na 1 januari 2020 bestaan.

Wat er wel verandert

Je huidige aanstelling bij de Universiteit Leiden verandert per 1 januari 2020 in een arbeidsovereenkomst. In december 2019 krijg je een brief thuisgestuurd waarin de overgang van aanstelling naar arbeidsovereenkomst wordt bevestigd. 

Collega’s die na 1 januari 2020 in dienst komen bij de universiteit krijgen voortaan een arbeidsovereenkomst. Je kunt in onze cao NU terugvinden wat er in de schriftelijke bevestiging van het dienstverband moet staan.

Weinig verschil in de praktijk

Een aanstelling is een eenzijdige rechtshandeling van een overheidswerkgever. Het is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, met in de ‘pure’ vorm alleen een handtekening namens de overheidswerkgever en niet van de medewerker.

Een arbeidsovereenkomst is gebaseerd op de afspraken die werkgever en werknemer samen maken. Ze zetten allebei hun handtekening onder de schriftelijke arbeidsovereenkomst.

In de praktijk zijn bij de universiteiten de verschillen tussen een aanstellingsbesluit en een arbeidsovereenkomst niet groot. Een medewerker wordt immers niet tegen zijn zin aangesteld en aan indiensttreding gaan een sollicitatie en (arbeidsvoorwaarden-)gesprek vooraf. Bovendien ondertekenen werkgever én werknemer de opgave van het dienstverband nu ook allebei.

Het is volgens de WNRA niet mogelijk om een aanstelling te houden in plaats van een arbeidsovereenkomst. Je kunt ook geen bezwaar maken tegen de automatische omzetting van aanstelling in arbeidsovereenkomst.

Medewerkers van de universiteiten zijn na 1 januari 2020 formeel geen ambtenaar meer. Wel blijven we deelnemer aan het ABP (Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds). Hier wijkt de WNRA voor de sector Onderwijs af van de WNRA voor Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen. In die sectoren blijven de medewerkers wel ambtenaar, met een arbeidsovereenkomst op grond van het burgerlijk recht.

Een ambtenaar kan bezwaar en beroep instellen op besluiten van zijn werkgever op basis van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Met het ingaan van de WNRA vervallen deze bezwaar- en beroepsprocedures met de daarbij behorende strikte termijnen. Voor besluiten die zijn genomen na 1 januari 2020 gelden de procedures van het burgerlijk recht.

De gedachte dat een medewerker die geen ambtenaar is, makkelijker kan worden ontslagen, is niet terecht. Een werkgever moet altijd een redelijke grond voor ontslag hebben, en dat geldt zowel vóór als ná de WNRA, dus zowel in het bestuursrechtelijke ambtenarenrecht als in het private arbeidsrecht.

Voortaan geen ontslag zonder toestemming UWV of kantonrechter

Wel verschilt de procedure die een werkgever voortaan moet doorlopen als hij een medewerker wil ontslaan:

  • Vóór het ingaan van de WNRA nam een werkgever een ontslagbesluit en kon een medewerker in bezwaar en beroep gaan tegen dat besluit. Dat is de toets achteraf, als een medewerker dus al een ontslagbesluit heeft gekregen.
  • Ná het ingaan van de WNRA moet de werkgever eerst naar het UWV of de kantonrechter voor de zogenaamde preventieve ontslagtoets. Zonder ontslagvergunning van het UWV of toestemming voor ontbinding van de kantonrechter kan een dienstverband niet door de werkgever worden beëindigd.

Medewerkers zonder vast dienstverband

Die preventieve ontslagtoets geldt overigens niet voor bijvoorbeeld medewerkers met een tijdelijk dienstverband of medewerkers die met pensioen gaan: daarvan eindigt het arbeidscontract van rechtswege, net zoals nu het geval is.

Samen dienstverband beëindigen

Als werkgever en medewerker het erover eens zijn dat zij het dienstverband willen beëindigen is geen preventieve ontslagtoets door de rechter of het UWV nodig. In dat geval zetten werkgever en werknemer de door hen gemaakte afspraken rond het einde van het dienstverband op papier in een vaststellingsovereenkomst.

Kleine technische aanpassingen cao

In verband met de invoering van de WNRA is de cao op een aantal punten technisch aangepast. Deze aangepaste cao gaat in per 31 december 2019.

De cao NU is aangevuld met een aantal eigen universitaire arbeidsvoorwaardelijke regelingen, die zijn afgesproken in het overleg tussen CvB en Lokaal Overleg en/of met de Universiteitsraad. Ook die eigen universitaire regelingen passen we in overleg met de medezeggenschap terminologisch en technisch-juridisch aan de WNRA aan. We zorgen dat dit klaar is vóór 1 januari 2020.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.