Universiteit Leiden

nl en

Wetenschappers bepleiten meer bevoegdheden voor internationale organisaties

Instanties zoals de VN en de EU moeten meer bevoegdheden krijgen om grensoverschrijdende problemen het hoofd te bieden. Dat staat in een rapport van de Zweedse SNS Democracy Council, waaraan Leids hoogleraar Jan Aart Scholte meeschreef. De onderzoekers schreven ook onderstaand artikel.

Klimaatverandering, gewapende conflicten, epidemieën, financiële crises en vluchtelingenstromen - de lijst van acute grensoverschrijdende problemen is lang. Internationale organisaties zoals de VN, EU, IMF, WHO en WTO zijn opgericht en ontwikkeld om mondiale uitdagingen als deze aan te pakken. Maar beschikken ze over alle noodzakelijke middelen?

In antwoord op deze vraag verschijnt het rapport van de SNS Democracy Council (een Zweedse non-profitorganisatie die internationale beleidsmakers adviseert) van dit jaar: Global Governance: Fit for Purpose? Het rapport onderzoekt of internationale organisaties aan de noodzakelijke voorwaarden voldoen om mondiale problemen te bestrijden. Hebben internationale organisaties de macht om wereldwijd beleid te ontwikkelen en uit te voeren tegen globale bedreigingen? Oefenen zij deze macht voldoende effectief uit om mondiale problemen te verminderen? En genieten zij als politieke instellingen legitimiteit bij burgers en beleidsmakers?

Het verslag belicht deze vragen in een breed vergelijkend perspectief van internationale organisaties die velerlei beleidsterreinen bestrijken, met een diepgravende analyse van de mondiale en regionale klimaatsamenwerking als voorbeeld.

De behoefte aan internationale samenwerking is groter dan ooit

Het rapport komt op een cruciaal moment voor de mondiale samenwerking, die zwaar op de proef wordt gesteld na vijftien jaar van crises  van de financiële crisis en de migratiecrisis tot de COVID-19-crisis en meervoudige crises in de nasleep van de Russische invasieoorlog in Oekraïne. De herhaalde crises tonen aan dat de behoefte aan internationale samenwerking groter is dan ooit. Tegelijkertijd wordt de naoorlogse wereldorde op de proef gesteld door populistische bewegingen, autoritaire leiders en oplopende geopolitieke spanningen.

In een poging om het initiatief te grijpen, heeft VN-secretaris-generaal António Guterres zijn visie op de toekomst van wereldwijde samenwerking gepresenteerd en een groep op hoog niveau opgericht om concrete voorstellen uit te werken voor de VN Top van de Toekomst (Summit of the Future) in september 2024. Het verslag Global Governance: Fit for Purpose? spreekt rechtstreeks tot het lopende debat in de politiek, de VN en het maatschappelijk middenveld over de toekomst van wereldwijde samenwerking.

Er is een groeiende kloof tussen de problemen die internationale organisaties moeten aanpakken en de bevoegdheden waarover zij beschikken

De belangrijkste conclusie van het rapport is dat bestaande internationale organisaties veel noodzakelijke kwaliteiten bezitten om mondiale problemen op te lossen, maar onvoldoende zijn toegerust om de grote mondiale uitdagingen van vandaag en morgen aan te pakken. Wil de wereld de grensoverschrijdende problemen van de toekomst effectief kunnen bestrijden, dan is een nieuwe investering in internationale samenwerking nodig.

De bevoegdheden van internationale organisaties zijn de afgelopen decennia aanzienlijk toegenomen. In het algemeen hebben internationale organisaties meer bevoegdheden gekregen, krachtigere instellingen opgebouwd, groeiende middelen verzameld en invloedrijke ideeën ontwikkeld. Maar deze ontwikkeling is de laatste tien jaar vertraagd  en in sommige gevallen zelfs afgeremd. Zo zijn de lidstaten minder bereid geworden om bindende regels te aanvaarden en financiële steun te verlenen aan internationale organisaties. Er is een groeiende kloof tussen de problemen die deze internationale organisaties moeten aanpakken en de bevoegdheden waarover zij beschikken.

Door ontoereikende bevoegdheden bereiken internationale organisaties zelden de benodigde doeltreffendheid

De doeltreffendheid van internationale organisaties is over het algemeen beter dan vaak wordt beweerd. Ondanks de moeilijke omstandigheden in de wereldpolitiek zijn deze organisaties in staat beleid te ontwikkelen en uit te voeren met positieve effecten op gebieden als veiligheid, handel, ontwikkeling, milieu en mensenrechten. Tegelijkertijd betekenen ontoereikende bevoegdheden dat internationale organisaties zelden de doeltreffendheid bereiken die nodig is om grensoverschrijdende problemen volledig aan te pakken. Meer dwingende middelen zouden internationale organisaties bijvoorbeeld in een betere positie brengen om een goede naleving te waarborgen.

Het vertrouwen in internationale organisaties is relatief intact

De legitimiteit van internationale organisaties is niet onderhevig aan een algemene crisis, ondanks de wijdverbreide kritiek van antiglobalistische populisten in de afgelopen jaren. Het vertrouwen in internationale organisaties is relatief intact – en op een niveau dat het vertrouwen in nationale regeringen vaak overtreft. Maar er zijn aanzienlijke verschillen tussen organisaties, landen en sociale klassen. Zo geniet de WHO een veel groter vertrouwen dan het IMF. Bijzonder zorgwekkend is het feit dat burgers in het algemeen minder vertrouwen hebben in internationale organisaties dan beleidsmakers.

De klimaatsamenwerking illustreert de problemen

De wereldwijde klimaatsamenwerking illustreert verschillende van deze patronen - niet in het minst de behoefte aan verdergaande internationale bevoegdheden. Het UNFCCC is de centrale instelling in de wereldwijde onderhandelingen om klimaatverandering te beheersen. Maar ondanks de toenemende klimaatproblemen en de sterke publieke steun voor klimaatmaatregelen zijn de lidstaten er tot dusver niet in geslaagd het UNFCCC te voorzien van de nodige bevoegdheden voor een doeltreffend beleid. Het contrast met de bindende wetgeving van de EU inzake klimaatneutraliteit tegen 2050 is frappant. Maar de EU is goed voor slechts 10% van de totale broeikasgasemissies in de wereld en kan de klimaatdreiging niet alleen oplossen.

Betere probleemoplossing vraagt om meer internationale samenwerking

In het algemeen blijkt uit het verslag dat de toekomstige internationale samenwerking betere voorwaarden nodig heeft om grensoverschrijdende uitdagingen aan te pakken. De weg naar betere probleemoplossing ligt in méér internationale samenwerking, niet minder. Bij gebrek aan solide internationale organisaties bestaat het risico dat mondiale bedreigingen worden aangepakt met ondoeltreffende nationale oplossingen of helemaal niet.

Het verslag schetst drie mogelijke hervormingsstrategieën voor de toekomst: (i) verbetering van de bestaande samenwerking door versterking van de huidige, beproefde internationale organisaties; (ii) ontwikkeling van nieuwe vormen van samenwerking op basis van een grotere participatie van het maatschappelijk middenveld en het bedrijfsleven; en (iii) omvorming van de wereldwijde samenwerking door een ingrijpende systeemverandering in de richting van meer supranationale en gedecentraliseerde structuren.

Jan Aart Scholte, hoogleraar aan de Universiteit van Leiden
Jonas Tallberg, hoogleraar aan de Universiteit van Stockholm (voorzitter)
Karin Bäckstrand, hoogleraar Universiteit van Stockholm
Thomas Sommerer, hoogleraar aan de universiteit van Potsdam

Dit stuk verscheen oorspronkelijk in het Zweedse online tijdschrift Altinget (letterlijk: ‘alle zaken’, een Zweeds online tijdschrift over de politiek). Zie https://www.altinget.se/artikel/sverige-bor-ta-ledartrojan-i-forstarkningen-av-internationellt-samarbete

Global Transformations and Governance Challenges Conferentie

Dit rapport wordt besproken tijdens de jaarlijkse Global Transformations and Governance Challenges Conferentie, 7 - 9 juni in Den Haag. U kunt daarbij zijn! Kijk hier voor meer informatie en mogelijkheid tot aanmelding.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.