Universiteit Leiden

nl en
Figuur uit Schaye et al. (2023). Credit: Josh Borrow, het FLAMINGO-team en het Virgo Consortium

FLAMINGO: donkere materie, gewone materie én neutrino’s in grootste kosmologische simulatie ooit

Niet alleen donkere materie, maar ook gewone materie en donkere energie worden gevolgd in de grootste kosmologische computersimulatie ooit. In de FLAMINGO-simulatie zie je over de loop van miljarden jaren virtuele sterrenstelsels en clusters van sterrenstelsels ontstaan. Dat is geen makkelijke klus: de simulaties vergden met meer dan 50 miljoen CPU-uren ontzettend veel rekenkracht en produceerden meer dan 1 petabyte aan gegevens. Leidse sterrenkundigen en natuurkundigen leidden het project en ontwikkelden de code.

Wereldwijd worden enorme bedragen geïnvesteerd in steeds grotere telescopen op de grond en in de ruimte, zoals de James Webb en Euclid ruimtetelescopen. Die verzamelen indrukwekkende hoeveelheden gegevens en simulaties zoals FLAMINGO spelen een sleutelrol in de interpretatie daarvan. Ze doen voorspellingen van theorieën over ons universum en verbinden die met de waargenomen gegevens. FLAMINGO staat voor Full-hydro Large-scale structure simulations with All-sky Mapping for the Interpretation of Next Generation Observations.

Het hele heelal in enkele parameters

Volgens de theorie worden de eigenschappen van ons hele heelal bepaald door een paar getallen, die ‘kosmologische parameters’ worden genoemd (zes in de eenvoudigste versie van de theorie). De waarden van deze parameters kunnen op verschillende manieren heel precies worden gemeten. Eén daarvan is gebaseerd op eigenschappen van de kosmische achtergrondstraling, de warmtestraling die is overgebleven van de oerknal. Maar deze waarden komen niet allemaal overeen met de waarden die worden gemeten met andere technieken die kijken naar de manier waarop de zwaartekracht van sterrenstelsels het licht buigt. Deze spanningen zouden het einde kunnen betekenen van het standaardmodel van de kosmologie – het ‘koude donkere materie model’.

De computersimulaties kunnen misschien de oorzaak van deze spanningen duidelijk maken, omdat ze mogelijke systematische fouten in de metingen kunnen vinden. Als geen van deze fouten voldoende blijkt om de spanningen weg te nemen, heeft de theorie echt problemen.

De computersimulaties waarmee de waarnemingen vergeleken worden volgen tot nu toe uitsluitend de koude donkere materie. ‘Hoewel de donkere materie de zwaartekracht domineert, kan de bijdrage van de gewone materie niet langer worden verwaarloosd’, zegt onderzoeksleider Joop Schaye (Sterrewacht Leiden), ‘aangezien die vergelijkbaar zou kunnen zijn met de afwijkingen tussen de modellen en de waarnemingen.’ De eerste resultaten laten zien dat zowel neutrino’s als gewone materie van essentieel belang zijn voor het maken van nauwkeurige voorspellingen, maar dat ze de spanningen tussen de verschillende kosmologische waarnemingen niet wegnemen.

Figuur uit Schaye et al. (2023). Drie opeenvolgende zoom-ins, gecentreerd rond de zwaarste cluster van melkwegstelsels. Credit: Josh Borrow, het FLAMINGO-team en het Virgo Consortium.

Gewone materie en neutrino’s

Simulaties die ook gewone, zogeheten baryonische materie volgen zijn veel uitdagender en vergen veel meer rekenkracht. Dit komt doordat de gewone materie – die slechts zestien procent van alle materie in het heelal vormt – niet alleen de zwaartekracht voelt, maar ook gasdruk, waardoor de materie door actieve zwarte gaten en supernova’s uit sterrenstelsels geblazen kan worden tot ver in de intergalactische ruimte. De kracht van deze intergalactische winden hangt af van de explosies in het interstellaire medium en is zeer moeilijk te voorspellen. Daarbovenop komt dat de bijdrage van de neutrino’s, subatomaire deeltjes met een zeer kleine maar niet precies bekende massa, ook van belang is. De beweging van neutrino’s werd tot nu toe ook niet gesimuleerd.

Hoe komt zo’n simulatie tot stand?

De astronomen hebben een serie computersimulaties voltooid die structuurvorming volgen in de donkere materie, de gewone materie en neutrino’s. Promovendus Roi Kugel licht toe: ‘Het effect van galactische winden is gekalibreerd met behulp van machine learning, door de voorspellingen van veel verschillende simulaties van relatief kleine volumes te vergelijken met de waargenomen massa’s van sterrenstelsels en de verdeling van gas in clusters van sterrenstelsels.’ 
 
De onderzoekers hebben het model dat de kalibratiewaarnemingen het best beschrijft gesimuleerd met een supercomputer in verschillende kosmische volumes en met verschillende resoluties. Daarnaast hebben ze de parameters van het model, waaronder de kracht van galactische winden, de massa van de neutrino’s, en de kosmologische parameters gevarieerd in simulaties van iets kleinere, maar nog steeds grote volumes. 
 
De grootste simulatie gebruikt 300 miljard resolutie-elementen (deeltjes met de massa van een klein sterrenstelsel) in een kubisch volume met ribben van tien miljard lichtjaar. Dit is de grootste kosmologische computersimulatie met gewone materie die ooit is voltooid. Matthieu Schaller van het Leids Instituut voor Onderzoek in de Natuurkunde zorgde ervoor dat al die data verwerkt kon worden: ‘Om deze simulatie mogelijk te maken hebben we een nieuwe code ontwikkeld, SWIFT, die het rekenwerk op een efficiënte manier verdeelt over 30 duizend CPU’s.’

Evolutie van de zwaarste cluster van sterrenstelsels

Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.

Bekijk de video op de oorspronkelijke website of

Een nieuwe blik op het heelal

De FLAMINGO-simulaties openen een nieuw virtueel venster op het heelal dat zal helpen om kosmologische waarnemingen optimaal te benutten. Daarnaast schept de grote hoeveelheid (virtuele) gegevens kansen om nieuwe theoretische ontdekkingen te doen en om nieuwe data-analysetechnieken, waaronder machine learning, verder te testen. Met behulp van machine learning kunnen de astronomen vervolgens voorspellingen doen voor willekeurige virtuele heelallen. Door deze te vergelijken met de waarnemingen van de grote-schaalstructuur kunnen ze de waardes van kosmologische parameters meten. Bovendien kunnen ze de bijbehorende onzekerheden meten door te vergelijken met waarnemingen die het effect van galactische winden bepalen.

De resultaten zijn geaccepteerd voor publicatie in Monthly Notices of the Royal Astronomical Society. De eerste drie artikelen beschrijven de methoden, presenteren de simulaties en bieden een eerste blik op de mogelijke manieren waarop de simulaties in de toekomst ingezet kunnen worden. 

Dit artikel verscheen als persbericht op de website van NOVA.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.