Universiteit Leiden

nl en
Medewerkerswebsite Leiden Learning & Innovation Centre
Je ziet nu alleen algemene informatie. Selecteer je organisatie om ook informatie te zien over jouw faculteit.

Vertrouwen in Brussel? ‘EU doet er verstandig aan nationale identiteiten te respecteren en beschermen’

Veel Europese burgers voelen zich verbonden met de Europese Unie en hebben vertrouwen in de EU, blijkt uit promotieonderzoek van Eva Grosfeld. Maar een kwart ervaart de EU als bedreigend voor de nationale identiteit. Hoe herwint de EU hun vertrouwen?

Jarenlang is de autoriteit van de Europese Unie door inwoners van de lidstaten als vanzelfsprekend gezien, maar sinds de jaren negentig is dat gaan schuren. Eva Grosfeld, pas gepromoveerd aan het Europa Instituut aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Leiden en gastonderzoeker bij Organisatiegedrag aan de Universiteit Utrecht, legt uit: ‘De EU hield zich tot die tijd vooral bezig met economie en handel, maar ging zich toen ook buigen over politieke vraagstukken zoals buitenlands beleid en veiligheid. Thema’s die raken aan de identiteit van mensen.’

Eva Grosfeld deed bij de Faculteit Rechten en Psychologie promotieonderzoek naar de waargenomen legitimiteit van de EU. ‘Veel mensen bleken tegelijkertijd een sterke Europese als nationale identiteit te hebben’

Psychologische inzichten

Sindsdien wordt de EU meer bekritiseerd, met als toppunt van dat wantrouwen het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU in 2020: Brexit. ‘Mensen leken daarbij niet rationeel te handelen, maar uit emotie. ’ Maar ondanks dat mensen niet altijd rationeel handelen, lijkt het Europees recht daar wel vanuit te gaan. Dat spanningsveld leidde Grosfeld tot de vraag van haar promotieonderzoek: wat kunnen psychologische inzichten het Europees recht brengen om vertrouwen in de EU te vergroten?

Legitimiteit

‘De Europese Unie heeft vertrouwen en legitimiteit nodig om effectief problemen te kunnen oplossen,’ vertelt Grosfeld. ‘Als de EU bijvoorbeeld nieuwe wetsvoorstellen doet die controversieel zijn, zoals ambitieuze klimaatplannen, moeten mensen bereid zijn om daarvoor iets op te geven. Daarvoor moet de EU uit een bron putten om mensen mee te krijgen: legitimiteit.’ Er zijn verschillende vormen van legitimiteit, maar Grosfeld en haar collega’s keken naar ‘waargenomen legitimiteit’. ‘Dat gaat over de subjectieve waarneming dat de EU beslissingen mag nemen die jouw leven beïnvloeden, dat zij dat op een juiste manier doet, en dat je bereid bent de regels op te volgen.’ In haar onderzoek focuste Grosfeld zich vooral op de sociaalpsychologische aspecten van legitimiteit: moraliteit en identiteit.

4000 Europese burgers

Grosfeld deed in totaal zeven onderzoeken bij in totaal zo’n vierduizend Europese burgers uit verschillende lidstaten. ‘We verzamelden ook data bij een stemlokaal in Leiden tijdens de verkiezingen van 2023, maar de rest van onze studies namen we online af met participantenforum Prolific. We wilden immers een representatieve steekproef van de Europese bevolking ondervragen.’ In die vragenlijsten bevroegen ze deelnemers over hun normen en waarden, in hoeverre ze zich identificeerden met een Europese en nationale identiteit en onderzochten ze de waargenomen legitimiteit van de EU. Ze testten ook experimenteel strategieën om waargenomen legitimiteit te verhogen.

Nationale én Europese identiteit

Wie een sterk Europese identiteit heeft, ervaart de EU ook vaak als legitiem, zag Grosfeld in de resultaten. ‘En, belangrijk te benadrukken: veel mensen hebben sterk die Europese identiteit.’ Die identiteit wordt voor een groot deel gevormd door een gevoel van gedeelde waarden met die van de EU: vrijheid, gelijkheid, respect voor mensenrechten, democratie, en bescherming van de rechtsstaat. ‘Tegelijkertijd zagen we dat veel mensen hun nationale identiteit ook heel belangrijk vonden; die twee kunnen naast elkaar bestaan. Door media of politici wordt de EU-identiteit en de nationale identiteit soms geframed als tegenstrijdig, maar in mijn onderzoek zien we dat veel mensen zowel trots zijn op hun eigen land als een sterke Europese identiteit hebben.’

'Trots op je nationale identiteit én je EU-identiteit kunnen naast elkaar bestaan'

Probleem voor legitimiteit

Een sterke nationale identiteit is dus niet per se een belemmering voor waargenomen legitimiteit van de EU, zolang mensen niet het gevoel hebben dat die nationale identiteit door de EU wordt bedreigd. Gebeurt dat wel, dan vormt dat een probleem voor de legitimiteit van de EU. Daarom heeft Grosfeld onderzocht wat ervoor nodig is om die legitimiteit te vergroten. ‘Voor de meeste mensen helpt een EU-identiteitsaffirmatie: reflecteren waarom je trots bent om burger te zijn van de EU.’ Die methode werkt niet bij mensen met een ‘exclusieve nationale identiteit’, die zich helemaal niet met de EU identificeren. ‘Voor die mensen komt legitimiteit voort uit bevestiging dat de nationale identiteit echt wordt beschermd, of uit instrumentele aspecten, zoals economische voordelen en veiligheid.’

Niet voor lief

Ondanks alarmerende krantenkoppen over Euroscepsis en toenemend wantrouwen in de EU, ziet Grosfeld in haar onderzoek dat veel Europese burgers zich wel degelijk identificeren met Europese waarden én vertrouwen hebben in de EU. Maar de EU doet er verstandig aan die waargenomen legitimiteit niet voor lief te nemen, maar actief te beschermen. ‘Daarvoor moet de EU ook nationale identiteiten respecteren en meewegen in besluitvorming.’ Ook pleit Grosfeld voor meer psychologische inzichten bij de vorming van beleid en recht. 'Juist bij vraagstukken die nu spelen zoals defensie is het belangrijk om inzichten over identiteit en moraliteit te kennen en te gebruiken.’

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.